E

Fjordenspecial

Paard & Spul 35 - Editie 4 - 2010 - Jaargang 8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

“Welke combinatie er ook gaat, als er maar een Fjordenpaard voor staat”.

 

Ondanks het treurige weer gaan we vandaag een poging wagen om de plaats Roderesch

te vinden. Na het bestuderen van de Nederlandse landkaart ligt het eigenlijk op een zeer strategisch punt van Noord Nederland, in de kop van Drenthe, tegen Friesland en Groningen aan. We rijden door Drenthe, langs het rustieke dorp Langelo waarna we terechtkomen in Roderesch. Een klein dorp met veel paardenliefhebbers. We rijden richting de Zuiderdrift,

dat gelegen is aan het bos en na 100 meter asfalt gaat de weg ook over in zandpad,

waarna je prachtig kunt uitrijden door de Drentse of Friese bossen.

Wanneer we de oprit van Stal ten Ankers op de Zuiderdrift 2 oprijden worden we

vrolijk begroet door de hond des huizes.

 

Tekst & Foto’s: Vereniging Nederlands Fjordenpaarden Stamboek

 

We worden welkom geheten door mevrouw Kemkers, die in haar gezellige keuken aan het werk is. Haar man zit nog even achter de computer, samen met zijn oudste zoon en één van zijn paardenhulpen: Jennifer, om de nieuwe hengstenfolder te maken en de website aan te passen. De aardappels gaan van tafel zodra wij aanschuiven, terwijl we een heerlijke kop koffie krijgen ingeschonken. En ook bij het bezoek aan deze hengstenhouders familie liggen de fotoboeken al op ons te wachten. “We hebben al menig leuk paardenmoment herdacht

nadat jullie hadden aangekondigd vandaag langs te komen,” kregen we te horen nadat

onze blik op de boeken was blijven hangen.

 

Het begin

 

Jan Kemkers (1942) begint fanatiek te vertellen, want paarden zijn zijn lust

en zijn leven.

 

“Het is allemaal al lang geleden begonnen”, luisteren wij aandachtig naar zijn verhaal. “mijn vrouw Jitske en ik waren tieners toen we beiden, afzonderlijk van elkaar, naar dansles gingen. Jitske haar vader was dansleraar en dus vond hij dat zijn dochter dit ook onder de knie moest krijgen. We gingen allebei voor het eerst naar dansles en daar in het dorpsgebouw maakten we voor het eerst kennis met elkaar.” En nu...,jaren later, zijn ze nog steeds samen, maar van het dansen is verder niets meer gekomen.

 

In 1962 kochten ze hun eerste stuk grond, naast het huis dat ze samen met haar ouders deelden. Jan zou boer worden. Door moeilijke omstandigheden in die tijd moest hij echter gaan leren voor timmerman en kreeg hij ook daarnaast meer vakkennis in de bouw. Uiteindelijk werd hij timmerman en was enige tijd eigen baas. Later ging hij in de bouw werken en was uitvoerder bij Nedam. Toen zijn moeder met gezondheidsproblemen begon te kampen, nam hij steeds vaker de taken waar op het boerenbedrijf van zijn ouders. Op

een gegeven moment vergde het werk op de boerderij en zijn eigen werk teveel inspanning. Jan werd ziek. Hij besloot het roer volledig om te gooien.

Hij liet zijn aannemer weten dat hij niet langer doorging met het werk in de

bouw en ging zich meer interesseren in zijn hobby: het handelen in paarden.

Tot op de dag van vandaag is daarvan het resultaat zichtbaar, een goedlopende

hengstenhouderij.

 

Momenteel bevinden we ons in het ouderlijk huis van Jitske. Een gezellige boerderij met

veel stallen en gebouwen. De hengstenhouderij is in 1974 overgenomen van familie Assies die, toen de hengsten nog ingedeeld werden naar gebieden in Nederland waarbinnen fokkers met hun merries konden dekken, over de dekvergunning voor hun gebied beschikte.

Vanaf 1972 heeft Jan Kemkers eerst bij de familie Assies ervaring opgedaan en later de hengstenhouderij overgenomen. “Jan kwam vaak met zo’n ‘geel’ paard aanzetten en verhandelde die dan weer. Er zat in die tijd veel verloop in de paardenhandel”, vertelt Jitske. Hun eerste ‘gele paard’ was Paula P-21, die ze overgenomen hadden van dhr. Ensing.

“Die werd aan de fiets naar ons toegebracht, want toen was er nog geen sprake van trailers of veewagens.”

 

De eerste Fjordenhengst bij Jan Kemkers was de hengst Einar E.32 die, tezamen met enkele ponyhengsten, de taak had om de merries in een straal van 30 kilometer rond Roderesch te dekken. Tegenwoordig is het dekken met een hengst al niet meer aan kilometers gebonden, maar reist iedereen het hele land door. Datgene wat in al die jaren

op de hengstenhouderij van Jan Kemkers niet is veranderd is “het groene boek”. In het groene boek slaat Jan alle gegevens op van alle paarden. In feite is het zijn “computer”.

Het is dan ook in een mum van tijd teruggevonden welke Fjordenhengsten hij allemaal in

zijn stal heeft gehad en wanneer dit precies was. De eerste Fjordenhengst was dus Einar

die er drie jaar lang heeft gestaan. Deze werd opgevolgd door Viking, waarna Hjerter Knaegt kwam, Holunder, Yerxes, Tunfeld, Halstor, Myrstein, Gardar, Lestor, Holmar, Reitze, Hayo,

Balony, Rex en de laatste jaren waren Karant en Bren actief op Stal ten Ankers. Voor aankomend seizoen heeft Bren plaatsgemaakt voor de hengst Stendis Bue, waardoor het

totaal aantal hengsten dat bij Jan Kemkers gestaan heeft op achttien staat.

 

Maar in het groene boek staan niet alleen de Fjordenhengsten vermeld. Ook de gegevens omtrent de New Foresthengsten, een ras dat eveneens zeer gewaardeerd wordt op dit bedrijf, staan hierin beschreven. Evenals Fjorden zijn er ook al diverse New Foresthengsten de revue gepasseerd en momenteel staan er nog drie goedgekeurde hengsten gestald. “Deze hengsten hebben goede resultaten behaald binnen het New Forest Stamboek.

Jonge hengsten worden aangekocht of zelf gefokt en jaarlijks bezoeken we de hengstenkeuring in Ermelo met enkele van deze jonge hengsten.”

 

In 2009 werden er veertien veulens geboren, waarvan er twee Fjordenveulens waren en

ook dit jaar worden er twee Fjordenveulens verwacht. De ster en keurmerrie Hendrika,

die inmiddels alweer 23 jaar is, is drachtig van de hengst Bren. Ook de jongere stermerrie Aunita is drachtig van deze hengst. “De veulens worden allemaal buiten geboren”, vertelt Jan die ons precies kan vertellen wanneer hij de veulens verwacht. Door zijn jarenlange ervaring heeft hij zijn observatievermogen goed ontwikkeld, waardoor hij er dan ook

bijna nooit naast zit. Wanneer er een geboorte aan zit te komen zit Jan soms

midden in de nacht vanuit de auto te observeren bij het weiland dat een paar

honderd meter van het woonhuis ligt.

 

Het groene boek

 

Maar nog even terugkomend op het groene boek. Hierin staat vermeld wanneer een

merrie op het bedrijf van Jan Kemkers is gebracht, wanneer zij hengstig was, de duur

van de hengstigheid en de regelmaat. Daarnaast wordt genoteerd of de merrie heeft

gevuild (afscheiding i.v.m. vuil in de baarmoeder), de geboortedata van de veulens en

hoe de geboorte van het laatste veulen verlopen is. Jan weet precies, wanneer iemand

zijn merrie aanbiedt voor een dekking, wat het verleden is van de merrie en hoe hij dus

te werk kan gaan.

 

Niet alleen de merries van klanten staan in het groene boek beschreven, maar ook de paarden van Jan Kemkers zelf. Over alle jaren dat Jan fokt met zijn merries zijn er 538 veulens geboren van Fjordenpaarden, New Forest pony´s, Friesche paarden en Shetlandpony´s en allemaal staan ze beschreven in het groene boek.

Er zijn waarschijnlijk maar weinig bedrijven in Nederland waar zoveel veulens op hun

bedrijf ter wereld zijn gekomen en dat allemaal nauwkeurig genoteerd hebben.

 

Jan en Jitske Kemkers doen uiteraard veel zelf op het bedrijf, maar ze hebben ook het

geluk dat ze een aantal goede hulpen hebben rondlopen. De oudste hulpkracht is

Jan Walma, die de familie al 37 jaar op vrijwillige basis helpt. “Hij is kind aan huis.

Ik hoef hem maar te bellen of hij staat voor ons klaar; voorbrengen, paardenbenen

scheren, toiletteren, hij is er altijd.

Daarnaast zijn ook Jennifer en Marlies onmisbaar. Zij helpen eveneens met het voorbrengen, evenals als het rijden en beleren van de paarden. “Natuurlijk heeft deze jongere generatie meer verstand van computers, dus ze zitten regelmatig samen op het kantoor achter de computer te werken. Beide dames komen hier ook alweer dertien jaar

en horen bijna bij de inboedel,” vertelt Jan. “Dan hebben we ook nog Jannes

en Marius Aalders, die helpen bij het uitmesten en de werkzaamheden rondom het

terrein van de boerderij.

 

Voor de wagen spannen

 

Vroeger toen Jan een jonge jongen was, zei zijn opa altijd dat hij een kwajongen was,

omdat hij alles voor de kar spande; de geit, de hond en later ook de paarden.

Een hobby die Jan en Jitske graag samen uitvoeren, lekker mennen, maar helaas gebeurt het de laatste jaren niet zoveel meer. “We hebben vele paarden voor de verrichtingsproeven klaargemaakt, met name de aangespannen proeven. Het was altijd leuk om met de jonge paarden te werken, met name vanwege het betrouwbare en werkwillige karakter van de Forden. Dat gaf veel plezier aan het werk,” aldus Jan. “Met de hengst Einar hebben we

in de jaren ‘70 ook veel landbouwwerk verricht. Dit paard was een super werker.

Met hem gingen we naar het akkerland om te ploegen, waar hij tijdens een kleine pauze werd uitgespannen en de merrie in het akkerveld ernaast moest dekken.

Daarna werd hij weer ingespannen en kon hij zijn ploegwerk voortzetten.

De hengsten waren naast dekhengst ook een werkkracht voor het bedrijf.

Zo hielpen de paarden het aardappelveld rooien, schoffelen en kunstmest strooien.

Deze hengst was daarbij erg goed in het werk gescheiden houden van het dekken, het was een enorm harde werker”, vertelt Kemkers. “Met de hengst Halstor hebben we veel aangespannen gereden, niet voor het werk, maar voor het genot. We hebben met hem meegedaan aan het ringsteken, demonstraties rijden en hebben met optochten meegedaan.”

Terwijl Jan druk zit te vertellen stroomt de keuken vol, zoon Kemkers, de hulp, visite

en ook de kleinkinderen die geregeld op bezoek komen bij opa en oma ontbreken niet

in het vriendelijke gezelschap.

 

Met de hengsten Reitze en Karant heeft Jan een speciale band. “Deze paarden zijn prettig

in de omgang en hebben een heel vriendelijk karakter.” Ook de hengst Tunfeld komt nog ter sprake. “Dat was pas een fijn paard, zonde dat hij op een gegeven uit de fokkerij is genomen.”

 

Dat familie Kemkers de Fjordenpaarden, evenals hun eigenaren erg waardeert is ons

meer dan duidelijk. Planken vol bekers van alle paarden die in vele jaren van alles gepresteerd hebben maken het dat een bekerkast niet meer voldoet, maar een heuse

kamer dienst doet. Bij iedere beker hoort een eigen verhaal. Natuurlijk kunnen we ook

de paarden op het bedrijf niet ongezien laten.

Er wordt in een fotoalbum nog gezocht naar een foto met een antieke aanspanning, met zelfgemaakte Noorse kledij. Het bord achterop de aanspanning vermeldt:

 

‘Welke combinatie er ook gaat, als er maar een Fjordenpaard voor staat’.

 

Met die slotzin eindigt ons interview en worden de hengsten Balony en Stendis Bue nog even van stal gehaald voor een foto.

logo fjordenpaard stamboek